DON’T YOU! FORGET ABOUT…. DIE SAAIE SPRINKHAAN UIT DE EIGHTIES

IN-DEFENCE-OF-THE-EIGHTIES

Ik wil het even hebben over mijn eerste crush. Mijn eerste serieuze verliefdheid die ik had op George Knap.

Laatst betrapte ik mezelf op het kijken naar een oppervlakkige high-school movie. Zo eentje waarin de burgerlijke, nietszeggende pubermeisjes altijd het liefje worden van de stoerste jongen op school. Deze stond een klein beetje haaks aan mijn eigen ervaring. De brugklas. Naast het feit dat mijn haar in 1986 al weigerde mee te werken aan mijn wensen, deed mijn lichaam dat ook niet. Meisjes van 12 hadden na de zomervakantie opeens heupen en vrouwelijke vormen, leek wel. Alsof ze voorgeprogrammeerd waren om deze te krijgen zodra ze de deur van de middelbare school openden. Ik was zo niet geprogrammeerd. Dat duurde nog wel een paar jaar voordat dat een beetje goed kwam. ‘Tja kind, ik stond nou eenmaal niet vooraan in de rij toen alles werd uitgedeeld,’ zei mijn moeder daar destijds over. Gelukkig waren het de jaren 80. Wijde kleding was in. ‘Sprinkhaan-meets-fullcolour-partytent’ was zo’n beetje mijn look. Gelukkig was mijn fantasie destijds net zo groot als deze nu is. Ik loste één en ander op met veel teveel make-up en grote oorbellen. Niet dat ik hierdoor qua looks transformeerde naar een sexy bandlid van de Bangles helaas, maar het maakte alles wat draaglijker. George Knap was knap. Tja. Nou ja. Wat kan ik er verder over zeggen. Zijn donkerblonde haar golfde op de juiste manier. Zijn ogen waren ademstokkend felblauw. Zijn armen waren welgevormd. En hij had het juiste T-shirt aan. Ach, alles. Alles! was gewoon perfect aan hem in mijn puber-ogen. George had geen verstandige bruine leren schooltas en spierwitte gymkleding, zoals vermeld werd in het schoolreglement. Hij had het bij zijn ouders voor elkaar gekregen dat hij dat zelf mocht uitkiezen. Ik niet.

Ik en mijn veel te grote, degelijke, bruine schooltas waren niet zo opvallend. Wij zaten meestal op de grond in de aula, met dito vriendinnetjes, als het lunchpauze was. De tafels waren altijd bezet op de één of andere manier, net als ik een plekje op mijn melkkaart had ingewisseld voor een beker chocomel. Terwijl ik keurig mijn broodtrommeltje leeg at, had ik vaak uitzicht op George Knap en zijn sidekicks. Ze bevonden zich aan een vaste tafel. Meestal waren ze omringd door meisjes met heupen. Als er op het schoolfeest geschuifeld werd, zaten we daar ook, op diezelfde plek, in het donker. Dan draaiden wij steevast dramatisch met onze ogen, alsof het ons allemaal niks kon schelen. Of the Final Countdown niet eens ingezet kon worden, om al die plakkerige zooi daar op de dansvloer te stoppen. Enfin. Het moge duidelijk zijn dat ik mij niet in het hoofdvizier van George bevond. Ik fantaseerde daar wel over. Thuis. Met – bij voorkeur- ‘Careless whisper’ op de achtergrond, vandaar de naam George. Ik had me in mijn hoofd gehaald dat een dergelijke high-school-movie-ervaring ook vast en zeker zou gaan plaatsvinden tussen George Knap en ik. Als het moment daar zou zijn. Het moment waarop ik klungelig en toevallig om zou vallen in zijn welgevormde armen en onze ogen elkaar zouden ontmoeten. En de wereld stil zou staan. Dan.

Zo’n moment dat wellicht plaats zou kunnen vinden op het zeilkamp met school. Oei, zeilkamp. De eerste ‘vakantie’ zonder mijn ouders was spannend. Het begon gelijk de eerste avond al. Nadat de stapelbedden strategisch waren onderverdeeld en ik was ondergebracht in de verste, donkerste kamer met mijn giechel-vriendinnetjes, trad daar de duisternis in. Ik weet niet wat me bezielde maar ik besloot zomaar via de nooduitgang en de brandtrap naar buiten te sluipen, in mijn eentje. Gewoon, nog even wat frisse lucht opzuigen. Nu ben ik in elegant opzicht nooit de handigste geweest. Op trede numero drie had ik de hoogte van trede vier verkeerd ingeschat, waardoor ik struikelde… en jawel. Echt. Recht in de, ja…dus die ongelooflijk welgevormde, armen van George Knap viel. Hij wou net het meisjesverblijf insluipen via diezelfde trap. Dezelfde weg, dezelfde tijd! … Een ander plan. Onze ogen ontmoetten elkaar helemaal niet. Verre van dat. George Knap zette me hardhandig weer rechtop met de woorden ‘Uitkijken muis!,’ waarna hij zijn reis naar boven vervolgde richting….. Kimberly Vulgairias die hem met open armen ontving. Kimberly Vulgarias had geblondeerd haar en blauwe mascara. Haar roze lippenstift gaf zelfs buiten nog licht, daarboven aan die brandtrap. Kimberly Vulgairias had behoorlijk aanwezige heupen. Tevens had ze nepnagels en een grote mond, waarmee ze heel hard kon schreeuwen en schelden. Ik was genezen. Cured. Geen scheur in mijn hart. Er was ook geen wanhopig dieptepunt nodig met een Glenn Medeiros die jankend ‘Nothing is gonna change my love for you’ op repeat moest zingen in het allerdiepste geheim. Nee. Mijn puberale gevoel voor drama nam in deze niet de overhand. Godzijdank kwam daar -weliswaar van veels te ver- iets van eigenwaarde door mijn hormonen heen sijpelen. En is het daar blijven zitten.

De vorst trad bovendien in, dan gaan alle sprinkhanen dood.

 

FacebookTwitterGoogle+WhatsAppPinterestPrintEmailLinkedInDelen