Tag Archives: HART

TINDERLETSEL

tinder

Een vleesmarkt? Zeker. De eerste keer dat ik mij had aangemeld op Tinder kwam er een partij billen voorbij. Billen die elke ruimte van de vierkante foto wilden benutten. Ik kon zijn kontharen zien. Ja, ik kon ze zelfs tellen. Het waren er zes. Twee korte en vier hele lange. De rillingen schoten door mijn lijf. En niet van opwinding.

Zijn naam ben ik vergeten. Ik geef toe dat ik enkele minuten geïntrigeerd naar het schermpje op mijn telefoon heb gestaard alvorens ik hem onverbiddelijk het rode kruis gaf. Het is onvoorstelbaar hoeveel rotzooi zich heeft verzameld in deze app. Ik kan je vertellen dat er veel gestoorde mannen bestaan. Mannen die raar en verontrustend denken. Mannen die bedenken dat ze hun sixpack moeten laten zien, of hun sportauto, hun huis, hun boot of nog erger: hun kinderen. Wie zet er nou een foto van zijn kinderen op een dating-app? Verwachten ze dat ik een rode schilferige rotkop kan negeren door de bijbehorende lieve kinderhoofdjes? Willen ze pijlsnel laten zien dat ze enkel beschikbaar zijn als ’Package Deal’, of dat ik stante pede mijn moedergevoelens projecteer op hun gebroed? Ik zal het nooit weten.

Op Tinder mag ik in hokjes denken, anders wordt het te verwarrend. Bovengenoemde heren hebben duidelijk compensatie nodig om hun eigenwaarde mee op te krikken. ‘De Compensatieheertjes’, noem ik ze. Ze compenseren met hun waren ongetwijfeld een sociaal onvermogen, een zorgwekkend IQ of barbaarse eetgewoonten. Ik fantaseer graag dat elke foto die ik afwijs met het rode kruis, ontploft in een giftige vloeistof en een afvoerputje in sijpelt, richting riool. De plek waar ze thuis horen. Deze fantasie maakt het leuker. Tinder kan namelijk saai zijn. En vermoeiend. Voorál vermoeiend. Als ik me eindelijk een weg heb geswipet door de donkere Tinderkrochten en een paar acceptabele heerschappen heb gevonden tussen het grofvuil, start ik mijn onderzoekje. Ik lees aandachtig de drie regels die de beste man heeft achtergelaten, maar een zelfpromo zegt mij niet zoveel. Sommige mannen zijn eerlijk, maar tegelijkertijd ook saai ‘Ik hou van het goede leven, een wijntje of een wandelingetje op zijn tijd’. Met zo’n man zit je waarschijnlijk binnen drie weken gestructureerd elke zondagmiddag op de bank naar een kookprogramma te kijken.

Eigenlijk kunnen ze het ook bijna niet goed doen, ik geef het eerlijk toe. Een man online uitzoeken is best lastig. Hij bevindt zich onder een onrealistische loep. Als koopwaar uitgestald. Het is de enige online-markt waarbij ik last heb van aankoopstress. Terwijl je ze gewoon kunt ruilen, deleten of blokkeren. Soms maak ik een screenshot van hun foto en haal het door ’Google-Image-Search’ om te checken of hij op social media een beetje normale vrienden heeft. Zou dat vrouwen eigen zijn? Ik weet dat mannen vrijer zijn in het maken van een keuze. Een vriend van mij geeft elke vrouw een groen hartje, onder het motto: ‘Dan zie ik wel wat er over blijft’. Bewonderenswaardig. Maar dat terzijde. Als ik een aardig exemplaar heb gevonden druk ook ik op het groene hartje. Hierna hou ik even mijn adem in, alsof het heel erg spannend is wat er dan gaat gebeuren. Is het een match? Zo ja, kom je met z’n tweeën in een chat. Ik had het woord vermoeiend al gebruikt en dat is het. Het is niet dat ik het niet leuk vind om met een potentieel leuke man te gaan chatten, maar na een aantal chats en dates ontbreekt de inspiratie weleens, of tijd. Ik word er laks van.‘Hoi wie ben jij?’, ‘Waar kom je vandaan?’, ‘Wat ben je nu aan het doen?.’ “Ik zit op het toilet en hoop op een enorme berg regenboogstront”, zou ik weleens willen antwoorden. Puur uit baldadigheid.

Elk nieuw begin start met een blanco pagina. Er is geen andere manier. Bij de startlijn geef ik het echter meestal al op. Ik ben daar niet de enige in. Ik heb veel matches die de status ‘pending’ hebben. Ik hoor mijn telefoon bijna gapen. Geeuwen onder het gewicht van ongesproken woorden. We wachten allemaal op inspiratie. Stiekem wacht ik op een man die tachtig hindernissen trotseert en me gewoon keihard het hof maakt, met humor en volharding. Die me als een speld uit zijn matchberg haalt. Ach. Ook hij heeft Tinderletsel opgelopen. Ook hij beschikt over een verwarrende stapel opties. Een mager ‘Hoi’ is alles wat we qua tijd en energie aan elkaar willen verspillen. In de hoop op bevlogenheid van de ander. Ik denk dat ik stop met zoeken. Mezelf hoog op een bergtop positioneer. Een top die alleen te bereiken is middels een helse tocht langs doornstruiken en draken. Een tocht die enkel een nobele, appetijtelijke en dappere heer zal doorstaan. Voor een blanco vel papier, in een kleur die hem aanspreekt. Hij zal dermate grote verwondingen oplopen, waarbij zijn Tinderletsel zal voelen als een oppervlakkige schaafwond. In mijn dromen. Welterusten.

FacebookTwitterGoogle+WhatsAppPinterestPrintEmailLinkedInDelen